Nikolaas helpt arm klooster

Een zeldzaam Nicolaaswonder in Klooster Ter Apel

Geschreven door: Antoine Lambrechts en Hans Dornseiffen

Nikolaas vita ikoon
Vita-icoon van Hl. Nicolaas, 19e eeuw, Centraal Rusland – 71.3 x 61.0 cm – Eigendom van het Museum Klooster Ter Apel

Op een prachtige iconententoonstelling in het Museum Klooster Ter Apel (Groningen) hangt een grote Nicolaasicoon met in de klejma (de kleinere icoontjes rond de centrale figuur) twaalf afbeeldingen van momenten uit zijn leven en zijn wonderen. Elf ervan zijn ons vertrouwd en komen ook vaak op andere, gelijkaardige Nicolaasiconen voor. De meeste ervan vinden we terug in de klassieke Vita van de Hl. Nicolaas, die aan de byzantijnse hagiograaf Symeon Metafrastes (10e eeuw) wordt toegeschreven. Van links naar rechts en van boven naar onder zien we de volgende scènes:

1. Geboorte van Hl. Nicolaas, de wonderdoener

2. Doopsel van Hl. Nicolaas     

3. De kleine Nicolaas wordt naar zijn leraar gebracht     

4. Nicolaas wordt tot bisschop gewijd door twee andere bisschoppen.

5. Hij verschijnt aan keizer Constantijn in diens droom.

6. Hij redt drie mannen van de doodstraf 

7. ?????

8. Hij geeft aan drie arme meisjes een bruidsschat, zodat ze niet naar een bordeel moeten.

9. Nicolaas verlost Basilius, de zoon van Agrikos, uit de handen van de Sarazenen         

10. Hl. Nicolaas verlost patriarch Athanasius van de verdrinkingsdood.

11. Hl. Nicolaas is overleden en ligt opgebaard voor zijn eigen bisschopskerk

12. Overbrenging van de relieken van Hl. Nicolaas naar Bari.

Op het centrale paneel zien we:

13. Jezus Christus die de Hl. Nicolaas zegent.

14. Moeder Gods die de Hl. Nicolaas zijn omophorion aanbiedt.

15. Hl. Nicolaas de Wonderdoener. Met de volgende tekst op het open Evangelieboek:

“Во время ωно, ста Иисус на месте равне: и народ ученик Его, множество…” : De eerste zin van het Evangelie dat op 6 december, feestdag van de hl. Nicolaas, in de byzantijnse Liturgie gelezen wordt (Lucas 6, 17 – 23): “In die tijd bleef Jezus staan op een plek waar het vlak was. Daar had een groot aantal van zijn leerlingen (zich verzameld)”.

Bij één afbeelding op de klejma, nummer 7 linksonder, stond het museum echter voor een raadsel. Om welk wonder ging het hier? Het Slavische bijschrift in de rand was ook niet meteen te ontcijferen. Wat werd hier bedoeld? Nieuwsgierig gingen we op zoek.

Detail van de vita-icoon van Nikolaas, 13 x 11 cm,

Bekijken we eerst aandachtig wat er te zien is: Vóór een kerk en een gebouw staan enkele monniken en andere mensen. Hun handen wijzen allemaal naar een engel die de inhoud van een grote bak of kist zegent. In die bak liggen allemaal glinsterende schijfjes of bolletjes. Nicolaas zelf is niet afgebeeld. Achter de engel staan een priester in een rood gewaad en drie monniken (te herkennen aan hun zwarte hoofddoek met kruisje). Rechts zien we ook nog een man en een vrouw (met een geel hoofddoek). Achteraan rechts vermoeden we nog andere toeschouwers.

De tekst in de rand moet toelichting geven bij de afbeelding. We ontcijferen letterlijk wat er staat. Tussen haakjes schrijven we de afkortingen uit in moderne spelling. We zetten vraagtekens bij woorden die we niet kennen of begrijpen:

Чюду (= чудо) ст (= святителя) Нико-

лы (Николы = Николая) чдо (чудо = чудотворца) от ани

ща (анища ???) снемъ (?)

монастыра (монастыря).

Voor het ogenblik hebben we slechts het raden naar de juiste betekenis van deze zin. Twee woorden, анища en снемъ, vinden we in geen enkel woordenboek. We herkennen wel de wortel нищ die te maken heeft met armoede (нищета). Het woord снемъ zou een werkwoordsvorm kunnen zijn van снести / сняти: weg­nemen. Verder speelt het wonder zich blijkbaar af in een klooster (монастырь). We vermoeden dus zoiets als: “Het wonder van de hl. Nicolaas de Wonderdoener over het wegnemen van armoede [???] in een klooster”. Maar voor filologen is deze interpretatie natuurlijk maar stukwerk.

We zoeken dus verder. In de bekende Vita van Symeon Metafrastes vinden we geen enkel wonder dat voor ons detail in aanmerking komt. In een andere Russische levensbeschrijving (die in handschriften meestal gewoonweg “andere Vita” wordt genoemd) blijkt er echter een zeldzaam beschreven wonder te staan onder de titel: “Het wonder van de Hl. Nicolaas voor een in armoede vervallen klooster dat hij met goud weer rijk maakte” (Чудо святителя Николая об обнищавшем монастыре егоже обогати златом).

Dit wonderverhaal van Hl. Nicolaas gaat als volgt:

Een reiziger zag in de buurt van het armlastige Nicolaasklooster een dode langs de kant van de weg liggen. De man bracht het lichaam naar het klooster en vroeg aan de monniken om het lijk op het kloosterkerkhof te begraven. Hij gaf hun daar ook wat geld voor. Toen de man zijn weg daarna vervolgde, kwam hij een huilende jongeman tegen die op zoek was naar het lichaam van zijn overleden vader. De man bracht de jongeman naar het Nicolaasklooster. Op verzoek van de man openden de monniken het graf van de overledene en zagen dat dit geheel gevuld was met gouden en zilveren munten. De monniken dankten God en de Heilige Nicolaas voor deze onverwachte hulp. Net op dat moment bemerkten zij dat de jongeman opeens verdwenen was.

Als we nu de titel van dit wonder uit de Vita vergelijken met wat we zonet lazen in de rand van de icoon, dan vinden we een heleboel woorden terug. We vermoeden een verminkte tekst. Dit was ook de spontane reactie van een wetenschappelijk medewerkster van het Rublev-Museum in Moskou aan wie we ons probleem hebben voorgelegd. De schilder van de Nicolaasicoon in Ter Apel had blijkbaar een beschadigde icoon of tekst voor ogen toen hij die moest kopiëren. Hij heeft hem daardoor niet helemaal begrepen of kunnen ontcijferen. En omdat de scène zo weinig bekend was en dus maar zelden werd afgebeeld, heeft hij er maar het beste van gemaakt. In plaats van

Чудо св. Николы чудотворца об aбни-ща-вшем монастыре. (Het wonder van de H. Nicolaas de wonderdoener voor het armlastige klooster; абнищавшем = обнищавшем) schreef hij :  

Чудо св. Николы чудотворца от ани-ща-снеммонастыря.

Dit zijn blijkbaar dingen die vaker voorkomen op oude iconen. Iconografen waren niet altijd zeer geletterde mensen, wél begaafde ambachtslui.

Op de klejma van een 17e-eeuwse icoon uit Jaroslavl (1685) vonden we nog een andere afbeelding van ditzelfde wonder:

Nikolaas en het wonder van het arme klooster
Klejmo van een Nicolaas­icoon van Semën Spiridonov Cholmogorets (1642-1695), anno 1685.

Beneden op de icoon zien we de reiziger die de jongeman ontmoet. Deze zit huilend op een steen. De man wijst naar het klooster. Op het bovenste deel van de afbeelding staan de reiziger en de jongeman binnen de muren van het klooster en kijken met de monniken naar het graf dat vol gouden en zilveren munten ligt. Rechts boven de deur van de kerk is een Nicolaasicoon geplaatst, want Nicolaas was de beschermheilige van het klooster.

De jonge man waarover sprake is in de legende is op de icoon uit het Museum Ter Apel afgebeeld als een engel. Dit staat niet zo uitdrukkelijk in de legende, maar wordt er wel gesuggereerd. Ook de engel bij het lege graf van de verrezen Heer verscheen als een jonge man (Mk 16,5). Dat hij plots verdwijnt als het mirakel is geschied, wijst daar eveneens op. Denken we maar aan de engel Rafaël op het einde van het boek Tobit (13, 20). De voorstelling van de jonge man als een engel zou er eveneens kunnen op wijzen dat de icoon in Ter Apel gemaakt werd door en/of voor Russische Oudgelovigen die een bijzondere devotie hadden voor engelen en engelbewaarders en die ze graag op iconen afbeeldden.

De betekenis van de legende

De heilige Nicolaas helpt steeds mensen in nood: hij redt hen van de doodstraf, verdrinking, prostitutie of armoede. Ook hier. Het gaat er niet om dat hij een klooster rijk wil maken. Tijden van hongersnood en pest kwamen regelmatig voor en hadden vaak dramatische gevolgen, ook voor kleinere kloosters. Het begraven van onbekenden is een werk van barmhartigheid. Ook dat herinnert ons aan het verhaal van Tobit (Tb 1,17). Welzalig die wenen. Het graf blijkt een schatkamer te zijn. De engel die zich erover buigt, kondigt ons nu al de verrijzenis aan. Moge deze ikoon dan ook het Klooster Ter Apel ten goede komen!

Bibliografie :

A. Blom, “Nikolaas van Myra en zijn tijd”, uitgeverij Verloren, Hilversum, 1998.

V. V. Gorshkova, “St. Nicholas the Wonderworker with 34 scenes from his life. 1685”, in : Icons of Semyon Spiridonov Kholmogorets in Yaroslavl Art Museum, – Москва, 2015, 297 blz. (tweetalige uitgave Russisch – Engels).

De Griekse tekst van de Nicolaasvita van Symeon Metaphrastes is te vinden in zijn Vita Sanctorum, Mensis December, Migne Patrologia Graeca 116, cc. 317-356. Een meer kritische uitgave vinden we in G. Anrieh (Hrsg.) Hagios Nikolaos. Der heilige Nikolaos in der griechischen Kirche, Bd. I, 1913. De oude Slavische tekst van onze legende over het armlastige klooster uit de “Andere Vita” vinden we in: Посмертные чудеса святителя Николая [Postume wonderen van de Hl. Nicolaas], архиепископа Мир-Ликийского чудотворца: Памятник древней русской письменности XI в.. Труд Ефрема, еп. Переяславского (по пергаменной рукописи исхода XIV в. б-ки Тр.-Cepr. лавры, № 9). Uitgegeven door Архимандрит Леонид, Sint-Petersburg, 1888 (ПДПИ, № 72), pp. 36-38, te raadplegen op:  http://starieknigi.info/Knigi/O/OLDP_PDPI_072_1888.pdf.