Moeder Gods, hulp van zwangere vrouwen
In Eikonikon 140 had ik een oproep geplaatst of iemand misschien informatie heeft over ‘Moeder Gods, hulp der barenden’. Dit is een ikoon, waar ik nog nooit van gehoord had. Het leek mij een uitdaging om meer over dit type ikoon te weten te komen. Marit Schraven schreef mij en zij bleek deze bijzondere Moeder Gods-ikoon met veel devotie bij Martin Mandaliev geschilderd te hebben. Als voorbeeld nam zij een Russische ikoon van ‘Mother of God Assistant of Birth. Daarnaast verwees een oplettende lezer mij naar Eikonikon 125 – december 2014 – waarin Joost Heutink op pag. 4 in zijn artikel ‘Wonder van de geboorte’ over Moeder Gods, ‘hulp bij geboorte’ heeft geschreven.
Vroeger was zwangerschap gewaagd
Het kan haast niet anders dan dat in vroegere eeuwen zwangere en barende vrouwen de Moeder Gods om steun en hulp vroegen. Zij konden zich immers gemakkelijk met de Moeder Gods identificeren. Het een (of meer) kind(eren) ter wereld brengen was in de vorige eeuwen voor vrouwen vrij riskant.
Om het concreet te maken: vóór 1800 eindigde in Nederland 1,3 procent van de bevallingen met de dood van de moeder. In 2007 was dat 0,005 procent. Pas ná 1880 was men in Nederland gewend om de handen en de instrumenten bij een bevalling goed te ontsmetten. Er waren dikwijls complicaties bij de geboorten zoals bijv. stuitligging, bloedingen en uitscheuringen en het verschijnsel kraamvrouwen-koorts kwam tot 1880 veelvuldig voor. Dit kon ook niet anders, omdat men nog geen weet had van de elementaire kennis rond hygiëne. Op het armoedige platteland was men bijvoorbeeld gewend om zonder medische begeleiding met behulp van een baker op wat stro op de grond te bevallen. Men was vaak bang dat het kostbare beddengoed zou vervuilen.
Met deze context in het achterhoofd ga je toch anders naar de ikoon Moeder Gods, hulp der barenden kijken. Juist omdat Maria een ‘gewone’ vrouw is, in wie het Woord van God vlees is geworden, is aan haar noch het menselijke, noch het goddelijke vreemd. Zij kent de gevaren van zwangerschap en het baren aan den lijve en is daarmee de perfecte intermediair tussen God en de gelovige zwangere vrouw (1).
De orthodoxie onderscheidt volgens Michel Quenot vier ikonografische basistypen (2) van de Moeder Gods, de Tronende, de Biddende, zij die de Weg wijst (Hodigitria) en de Barmhartige (Eleousa). Binnen deze vierdeling zijn 230 varianten in de afbeelding van de Moeder Gods geteld.
Het is redelijk te veronderstellen dat de bron van afbeelding ‘Moeder Gods, helpster van de barenden’ bij de ikoon de ‘Moeder Gods van het Teken’ ligt. Deze ikoon is gebaseerd op een profetie van Jesaja 7, 13-14, die zij verwezenlijkte:
“Luister dan, Huis van David! …
De Heer zelf zal u een teken geven.
Zie dat de Maagd zwanger is
en een zoon gaat baren
en zij zal hem noemen: Immanuël (= God met ons).”
De stap om in de ikoon van de ‘Moeder Gods, hulp der barenden’ Christus als baby op de schoot van Maria af te beelden is dus niet zo groot.
Verschillen tussen de Moeder Gods van het Teken en de Moeder Gods hulp der barenden
Het is niet moeilijk om verschillen tussen beide ikonen aan te wijzen.
De Moeder Gods van het Teken heft haar naar buiten gerichte handen op in bidhouding (orante) aan de zijkanten van haar lichaam. Vóór haar borst is een medaillon te zien met daarin het beeld van de jonge Christus die ten halve lijve is afgebeeld. Hij is nog niet geboren, maar toont zich als in een visioen tussen de armen van zijn moeder. De Moeder Gods kijkt recht voor zich uit.
De moeder Gods hulp der barenden wijkt op een aantal punten af van de Moeder Gods van het Teken. Als eerste is te zien dat zij geen doek (maphorion) over haar haar heeft. Het valt in drie strengen over haar beide schouders. Het getal ‘drie’ mogen we hier misschien als het goddelijke getal zien. Ze kijkt niet recht vooruit, maar als het ware naast de beschouwer. Haar naar binnen gekeerde handen staan niet in gebed verheven (orante), maar ze legt ze als het ware beschermend en koesterend om haar Kind. Het naakte Kind – haar foetus – staat volledig afgebeeld in een mandorla, het aura van de glorie. Hier is geen sprake van een ten halve lijve afgebeelde Christus met een boekrol in zijn linkerhand. Zijn gekruiste armen zijn hier zedig voor zijn borst geslagen en zijn rechterhand maakt een zegenend gebaar. Die zegen van Christus is natuurlijk bedoeld voor de zwangere of barende vrouw, die via de Moeder Gods tot God bidt om hulp en bijstand.
Maria ontmoet Elisabeth
Ikonen waarop Jezus in de schoot van de Moeder Gods is, kennen we ook als Maria haar nicht Elisabeth opzoekt en haar groet. Dit verhaal is te lezen in Lucas 1; 39 – 56. ‘Ze ging het huis van Zacharias binnen en begroette Elisabeth. Meteen toen Elisabeth de begroeting hoorde, sprong het kind op in haar schoot. Elisabeth werd vervuld van de Heilige Geest. Ze schreeuwde het uit en riep: Gezegend ben je onder de vrouwen, en gezegend is de vrucht van je schoot.’
Tijdens de begroeting en omarming van beide vrouwen is er een prachtige interactie tussen Jezus en Johannes de Voorloper. Jezus zegent Johannes en deze buigt zich voor de Messias, die ‘krachtiger is dan ik. Ik ben te min om de riemen van zijn sandalen los te maken’ (Lucas 3, 16). Op de achtergrond in het huis kijkt Zacharias nieuwsgierig toe.
Het zou een bijzonder gebaar zijn als een aanstaande opa of oma deze ikoon Moeder Gods, hulp der barenden zou willen schilderen voor een (schoon)dochter die in verwachting is. Misschien een idee?
Bronnen:
(1) Schittering van de tsaren, kunst uit het Novodevicij-klooster, Désirée Krikhaar
(2) Michel Quenot, De Ikoon, venster op het Absolute.
++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++
In de loop van de jaren kwam ik nog verschillende afbeeldingen van deze bijzondere ikoon tegen: